Als de wijn is in de man, is de wijsheid in de kan. |
Dronken mensen handelen onverstandig. |
|
De druiven hangen te hoog. |
Zeggen dat men iets niet wil, als men iets niet krijgen kan. |
|
De wijn is als de wingerd. |
Gelijken zoeken elkaar op. |
|
Een arbeider zijn in de wijngaard des heren. |
Een geestelijk beroep (priester of dominee...) uitoefenen. |
|
Een fles wijn soldaat maken. |
Een fles wijn leegdrinken. |
|
Eigen wijn smaakt het best. |
Er gaat niets boven wat je zelf maakt. |
|
Er verdrinken er meer in een wijnglas dan in de zee. |
Drankzucht is gevaarlijker dan de zee. |
|
Goede wijn behoeft geen krans. |
Goede spullen hoef je niet aan te prijzen. |
|
Het is beter te sterven aan goede wijn, dan aan dorst. |
Men kan beter het leven zo aangenaam mogelijk te maken. |
|
Het is gemakkelijk wijn te schenken uit andersmans kruik. |
Het is gemakkelijk omgaan met spullen van een ander. |
|
Hij houdt van Trijntje en wijntje. |
Hij houdt van vrouwen en drank. |
|
Hoe straffer de wijn, hoe zwakker de benen. |
Hoe zwaarder de omstandigheden, hoe moeilijker het leven. |
|
Holle vaten klinken het hardst. |
Mensen die weinig weten, hebben vaak de meeste praatjes. |
|
Klare wijn schenken. |
Iets duidelijk uitleggen of vertellen. |
|
Men vraagt de herbergier niet of hij goede wijn heeft. |
Men moet niet naar de bekende weg vragen. |
|
Oude wijn in nieuwe zakken. |
Door een verandering van details iets, dat al lang bestaat, als nieuw aanprijzen. |
|
Uit een olievat zal men geen wijn tappen. |
Van slechte mensen kun je niet veel goeds verwachten. |
|
Veel wijn maakt domme mensen. |
Drank belemmert het denken. |
|
Wat in het vat zit verzuurt niet. |
Iets wat uitgesteld wordt, is nog niet verloren. |
|
Water bij de wijn doen. |
Toegeeflijk worden / iets toegeven bij een conflict. |
|
Wie wijn drinkt kweekt luizen. |
Wie al zijn geld uitgeeft aan drank, heeft geen geld om schoon ondergoed te kopen. |
|
Wijn houdt niets geheim. |
Van drank wordt je loslippig. |
|
Wijn maakt zuiver bloed. |
Een wijntje op zijn tijd is goed voor de gezondheid. |
|
Wijn na bier geeft plezier. |
Het doet goed, dat men door meer welvaart goede wijn kan drinken. |
|
Wijn op melk deugt voor elk, maar melk op wijn is venijn. |
Overvloed na gebrek is voor iedereen aangenaam, maar gebrek na overvloed is lastig. |
|
|